Koshiki-no-Kata is het kata van de klassieke vormen.
Een kata gebaseerd op natuurlijke principes. Zoals het onderdeel Ukemi-waza (vallen). Valtechnieken zijn hard en ook zacht, vloeiend en direct. Het gaat bij Koshiki-no-kata om de aanval en verdediging, waarbij tori (de verdediger) gebruik maakt van zijn/haar lichaamsgewicht om uke (de aanvaller) uit balans te krijgen. Het kata wordt daarom alleen gedemonstreerd bij de hogere dan examens vanaf de 5e dan.
Het kata is verdeeld in twee delen: Omote (14 technieken) en Ura (7 technieken). Door het gewicht van het harnas worden de bewegingen langzaam uitgevoerd in het eerste gedeelte. Het tweede gedeelte wordt het harnas afgedaan en worden de bewegingen niet vertraagd door het zware samoerai harnas.
Technieken van voor – Omote 表
- Tai (体, startende houding)
- Yume-no-uchi (夢中, in een droom)
- Ryoku-hi (力避, kkracht vermijden)
- Mizu-guruma (水車, waterrad)
- Mizu-nagare (水流, waterstroom)
- Hiki-otoshi (曳落, trek val)
- Ko-daore (虚倒, lege val)
- Uchi-kudaki (打砕, breken)
- Tani-otoshi (谷落, dal val)
- Kuruma-daore (車倒, rad worp)
- Shikoro-dori (錣取, nekplaten pakken)
- Shikoro-gaeshi (錣返, nekplaten draaien)
- Yu-dachi (夕立, regenbui)
- Taki-otoshi (滝落, waterval val)
Technieken van achter – Ura 裏
- Mi-kudaki (身砕, lichaam breken)
- Kuruma-gaeshi (車返, rad draaien)
- Mizu-iri (水入, water duik)
- Ryu-setsu (柳雪, wilgen sneeuw)
- Saka-otoshi (坂落, heuvel val)
- Yuki-ore (雪折, sneeuw breken)
- Iwa-nami (岩波 , rots golf)
Groet ceremonie 挨拶
Om te beginnen met het kata is er eerst een groet ceremonie. Hierbij is het belangrijk dat de Shomen aan de rechterzijde van tori zit. Tori en uke staan beide op 8 meter afstand buiten de mat en maken een staande buiging (ritsu rei – 立 礼). Na de staande buiging stappen beide judoka’s de mat op tot een afstand van 6 matten. Hier wordt een kwartslag gedraaid om vervolgens een staande buiging te maken naar de Shomen. Tori en uke draaien weer naar elkaar toe, leggen hun handen op de knieën en plaatsen eerst de linkerknie gevolgd door de rechter knie op de mat. In één beweging vallen tori en uke met een rechte rug voorover, waarbij ze steunen op hun armen en groeten (za rei – 座 礼). Na het groeten komen de judoka’s overeind door eerst de rechterknie gevolgd door de linkerknie en op te staan. Eenmaal staande wordt er een openingspas gemaakt (links-recht0 en staan zowel tori als uke in shizenhontai met het gezicht naar de Shomen.
Omote
Tai – starthouding
Nadat tori op zijn plek staat, draait uke richting tori en loopt in 6 passen naar tori. Uke valt aan door achter en voor het harnas te pakken (bij de band), zijn lichaam naar voren te brengen en de linkerbeen op te zwaaien (de bedoeling is om een heupworp te maken). Zodra uke het been terug zwaait gaat tori in de beweging van uke mee, waarbij de linkerarm om de middel van uke gaat en de rechterhand tegen de borstkast geplaatst wordt. Tori gaat in vier stappen (tsugi-ashi) schuin naar achteren, waarbij uke steeds meer uit balans wordt gebracht. Tori stapt opzij en laat zijn lichaam vallen. Hierdoor verliest uke zijn balans en wordt geworpen. Uke zet een grote stap naar links en trekt de rechter voet bij, daarna maakt hij nog een grote stap en valt plat op zijn rug waarbij er met links wordt afgeslagen. Uke komt gelijk omhoog met gespreide en gestrekte benen, tenen omhoog de “choza” positie. Nadat uke is gevallen zet tori zijn linkerknie wat omhoog staat opzij ten teken dat de onderrug van uke is gebroken.
Doel van de techniek
Uke wil tori werpen met een heupworp (koshi-waza). Tori voorkomt dit door mee te gaan in de beweging van uke en uke binnen een aantal zijwaartse stappen uit balans te brengen zodat uke kan worden geworpen. De bedoeling is om zijn rug te breken op de knie van tori (Tori neemt de Kyoshi positie aan).
Yume no uchi – in een droom
Uke gaat op dezelfde plek staan met zijn voeten in de richting van tori. Tori ziet vanuit zijn ooghoek dat uke klaar staat en neemt zijn positie in zoals in de vorige techniek (tai). Echter staat hij/zij nu iets meer naar links en achteren. Uke komt in 6 passen naar tori en maakt dezelfde aanval: lichaam iets naar voren, band pakken en een heupworp maken. Tori neemt de aanval over op dezelfde manier als in de techniek Tai. Tori duwt in de laatste fase iets harder tegen de linkerschouder van uke waardoor uke een correctie stap recht naar achteren maakt, om zijn balans te herstellen. Tori draait (pivoteert) op zijn rechterhiel en trekt zijn linker voet bij. Tegelijkertijd plaatst tori zijn rechterhand op de linkerarm van uke en de rechterhand plaatst hij achter de linkerschouderblad. Tori tilt uke iets op waardoor deze naar voren uit balans wordt gebracht. Doordat tori zich in kleine pasjes naar achteren laat vallen gebruikt hij zijn lichaamsmassa om uke te werpen met een offerworp, Yoko wakare. Tori blijft even liggen in de dai-no-ji houding, waarbij de armen en benen gestrekt en gespreid zijn. Tori staat op door overeind te komen zitten zijn rechterbeen in te trekken en op te staan, hij staat gelijk klaar voor de volgende techniek. Uke staat na de val gelijk weer overeind. Uke loopt met de klok mee en gaat tegenover tori staan.
Doel van de techniek
Uke probeert met dezelfde aanval (het maken van een heupworp) tori te werpen zoals dat in de 1e techniek (Tai) ook gebeurde. Dit keer lukt het tori niet om uke naar achteren uit balans te brengen, omdat uke de balans verstoring door heeft en daarop anticipeert. Tori veranderd hierop zijn werprichting en werpt hij uke de andere kant op.
Ryoku hi – kracht vermijden
Uke opent zijn armen zijwaarts naar buiten en met zijn rechterhand boven de linkerhand (handpalmen wijzen naar beneden) wil uke het zwaard van tori grijpen. Hierbij maakt uke een klein pasje met zijn rechtervoet. Tori trekt zijn buik iets naar achteren om te voorkomen dat uke het zwaard kan pakken en gaat daarna in de grijpbeweging van uke mee door met zijn rechterbeen een hoek van 45 graden te maken. Met de linkerhand pakt tori de elleboog van uke met vingers en duim aan de buitenkant vast en met rechts stuurt tori de de arm van uke omhoog. Tori neemt uke in tsugi ashi een paar passen naar rechts mee en zet uke uit balans naar achteren. Tori zet uke uit balans door met de linkerhand de arm van uke te controleren en de rechterhand uke op zijn tenen schuin naar achteren te zetten terwijl zijn borst tegen de rugzijde van uke wordt geduwd. Om uke te werpen, wordt uke eerst teruggeplaatst plat op zijn voeten. Daarna grijpt tori de schouders van uke beet. Tori maakt een grote stap met links naar achteren hierbij laat hij zijn lichaam zakken op zijn linkerknie. Door de verplaatsing van het lichaam wordt uke naar achteren geworpen. Na de techniek lopen beide judoka naar het midden hun uitgangspositie.
Doel van de techniek
Uke wil het zwaard van tori afpakken, hiervoor heft hij zijn ellebogen om het zwaard te pakken. Tori gaat mee in de pak beweging van uke en brengt hem door opzij te stappen verder onder controle en uit balans. Uiteindelijk werpt tori uke naar achteren maar zal deze niet op zijn knie de rug willen breken (tori zet dus niet zijn knie uit).
Mizu guruma – waterrad
Uke maakt eenzelfde een aanval, zoals dat in de vorige techniek Ryokuhi ook gebeurde, om het zwaard van tori af te pakken. Tori heeft een andere manier ontwikkeld om uke’s aanval af te slaan. Uke wil het zwaard pakken waarbij tori mee gaat in de beweging van de arm van uke om hem omver te trekken. Uke wil dit niet en zal zijn rechterarm terug willen trekken. Tori laat dit toe en gaat met de terug trekkende beweging van uke mee. Tori zorgt ervoor dat de hand van uke voor zijn voorhoofd wordt geduwd. Tori plaatst de linkerarm om het middel van uke, zodoende heeft tori de volledige controle over uke. Nu dwingt tori, uke schuin naar achteren te lopen. Na een drietal passen zet tori uke uit balans naar achteren, uke maakt een rechte stap met links naar achteren om zijn balans te behouden. Tori draait op zijn rechter hiel en trekt zijn linker voet bij, gelijktijdig draait tori zijn gezicht naar uke en pakt hij links op zijn schouder en zijn rechterhand plaatst hij achter het linker schouderblad van uke. Tori maakt een paar kleine pasjes naar achteren en laat zijn lichaam vallen. Door het vallen de lichaam zal uke worden geworpen met een offerworp, Yoko Wakare. Tori blijft even gestrekt liggen met benen en armen gespreid in de dai-no-ji positie.
Doel van de techniek
Mizu nagare – waterstroom
Voor Mizu-nagare staat tori op en loopt naar de hoek toe. Tori en uke staan diagonaal tegen over elkaar op een afstand van 4 matten. Ze lopen tegelijktijdig op elkaar af. Uke heeft denkbeeldig een dolk in zijn/haar rechterhand achter de rug en wil met zijn/haar linker hand het borstharnas van tori pakken om deze in de buik te kunnen steken. Tori wacht tot uke bijna vast heeft maar gaat dan recht-links iets naar achteren. Tori pakt de linkerhand van uke met zijn rechterhand en brengt deze iets omhoog, de linker hand legt tori onder de gestrekte arm van uke. Bij het werpen wordt deze hand gedraaid naar de bovenkant zodat tori uke recht naar beneden kan werpen. Uke wil zijn balans houden door zijn rechterbeen naar achteren uit te strekken. Doordat tori zich laat vallen op de rechterknie zal uke zijn balans verliezen, omkantelen en vallen. Uke mag niet met de knie eerst de grond raken en wordt dus als zodanig in de lucht omgekanteld. Uke komt na de val terug in de dai-no-ji houding. Na het opstaan lopen beide judoka weer naar een tegenovergestelde hoek.
Doel van de techniek
Hiki otoshi – trek val
Na de vorige techniek (Mizu-nagare) lopen beide judoka naar de tegenovergestelde diagonaal op 4 matten afstand. Beide judoka lopen (met links beginnend) op elkaar af en uke wil nu met de rechterhand het zwaard van tori pakken, deze zit aan de linkerkant. Zodra uke met de rechtervoet voor staat en met rechts het zwaard wil pakken gaat Tori met een tsugi-ashi pas links-rechts naar achteren. Tevens pakt tori de pols van uke met zijn linker hand. Tori legt zijn rechterhand in binnenkant van de bovenarm van uke. Tori laat zich op zijn linkerknie vallen en door de vallende massa wordt uke over het voorste been uit balans gebracht en geworpen. Net zoals in de vorige techniek zal uke omslaan als een blad en raakt zijn linkervoet niet meer de grond. De rechterknie van uke mag de grond ook niet aanraken. Uke valt recht op zijn rug en neemt hierna de choza positie aan. Hierna lopen beide judoka weer naar de tegenovergestelde diagonale hoek van de mat op 4 matten afstand.
Ko daore – lege val
Uke en tori staan op 4 tatami afstand (+/- 5 meter) in de diagonaal. Beide lopen beginnend met links op elkaar af, bij de tweede pas heft tori zijn rechterhand en wil uke vervolgens in drie passen steken tussen de ogen (uto). De hand van tori wijst met de duim omhoog naar uke (zelfde aanval zoals in Ju-no-kata). Net voordat tori het hoofd van uke raakt maakt uke tai-sabaki en pakt uke de pols van tori en brengt zijn linkerarm om de heup van tori om een linkse heupworp te maken. Tori wil dit niet en gaat mee i de beweging van uke door een klein pasje te maken met zijn rechtervoet. Ondertussen strekt tori zijn rechterarm voor het gezicht van uke. Tori plaatst zijn linker hand op de knoop van de band van uke. Tori beweegt in twee tsugi-ashi passen schuin naar rechts. uke probeert zijn balans te herstellen maar tori blijft nu in control door krachtig uke op zij te laten bewegen. Door dat tori op zijn linkerknie laat vallen (deze komt vlak bij de rechter hiel) wordt uke geworpen. Tori brengt de rechter opstaande knie naar buiten ten teken dat de rug van uke is gebroken (Kyoshi positie).
Doel van de techniek
Uchi kudaki – breken
Beide judoka staan wederom diagonaal tegenover elkaar en zijn van plek gewisseld. Tori heft zijn linkerarm en maakt een steek beweging naar de buik van uke. De vingers en duim zijn gestrekt naar voren gericht. Uke maakt tai-sabaki naar links, pakt de stekende hand, trekt deze door en maakt met rechts een stap om voor tori te komen te staan om vervolgens een heupworp te willen maken. Hierdoor moet tori met links een stap naar voren maken, tegelijkertijd bukt tori en legt zijn linkerarm om het middel van uke. Door nu omhoog te komen en met rechts een stapje naar achteren te maken wordt uke uit balans gezet. Tori beweegt in twee tsugi-ashi passen naar links. Doordat tori op zijn rechterknie valt zal uke zijn balans verliezen en vallen. Tori brengt zijn opstaande knie iets naar buiten met de hand aan de binnenzijde ten teken dat de rug van uke is gebroken (Kyoshi positie). Uke stapt met zijn linker been als eerste weg om vervolgens rechts bij te sluiten zonder dat deze op de mat komt en valt plat op zijn rug met links afslaand, daarna komt uke direct omhoog en legt zijn handen aan de binnenzijde van zijn bovenbenen en neemt de choza houding aan.
Doel van de techniek
Tani otoshi – dal val
Tori gaat met zijn gezicht naar de shomen staan en staat 30 cm voor de lengte-as rechts uit het midden. Uke staat 3 matten achter tori en loopt in ayumi-ashi naar hem toe. Uke wil tori naar voren de afgrond in duwen, door zijn rechterhand tegen de achterkant van de schouder te duwen en de linker tegen de buik. Gelijktijdig stapt uke’s rechterbeen voor tori’s been. Tori hersteld de aanval door ook met de rechterbeen naar voren te stappen en pakt met zijn linkerhand om het middel van uke. Tori pakt met zijn rechterhand de rechterhand van uke, waarbij de duim in de handpalm geplaatst wordt. Tori maakt twee tsugi-ashi bewegingen zijwaarts hierdoor wordt uke steeds iets meer uit balans gebracht. Tori laat zijn lichaam vallen en gaat op de rechterknie zitten vlak naast zijn linker hiel. Zijn linker opstaande knie wordt naar buiten gebracht ten teken dat de rug van uke is gebroken en neemt de Kyoshi houding aan. Uke maakt de ukemi door met links uit te stappen en trekt zijn rechterbeen bij zonder dat deze de grond aanraakt. uke valt plat op de rug en slaat met links af. Daarna komt uke omhoog en neemt de choza houding aan.
Doel van de techniek
Kuruma daore – rad val
Tori gaat met het gezicht naar de shomen staan, maar nu 30 cm achter de lengte-as rechts uit het midden. Uke staat 3 matten achter tori en loopt in ayumi-ashi op hem af. Zodra uke achter tori staat wil hij tori krachtig omdraaien. Tori laat zien dat als je in een kracht meegaat je deze tegenkracht in je voordeel kunt omzetten. Tori gaat in deze draaibeweging van uke mee en laat zich omdraaien. Zodra ze met de gezichten naar elkaar staan pakt tori uke met de vingers onder de oksels en brengt hem in zijn eigen kracht omhoog naar voren uit balans. Hierbij draait tori op zijn rechtervoet en zet dan links-rechts een stapje naast uke. Tori laat zich gestrekt naar achteren vallen door deze offerworp zal uke worden geworden geworpen met een Yoko wakare. Tori moet proberen zo recht mogelijk te blijven tijdens het vallen. Uke zal met het rechterbeen een grote stap voorwaarts maken en valt diagonaal over tori heen, na de voorwaartse rol staat uke gelijk weer op. Tori blijft even liggen in de dai-no-ji positie.
Doel van de techniek
Shikoro dori – nekplaten pakken
Tori neemt zijn positie in het midden van de mat met de shomen aan de rechterzijde. Uke loopt met de klok mee om tori en gaat tegenover hem staan. Uke maakt een aanval door met zijn linkerhand de band van tori te willen pakken. Tori reageert door zijn heup terug te trekken. Hierbij wordt de linkerhand van uke omlaag getrokken door de rechterhand van tori. Tegelijk duwt tori met zijn/haar linkerhand tegen de linkerkant van de kin/kaak van uke en duwt deze iets omhoog. Door deze beweging zal uke naar rechts omgedraaid worden (het rechterbeen van uke blijft contact houden met de mat). De voeten van uke staan nu op één lijn. Tori pakt de schouders van uke vast en maakt een grote pas naar achteren en valt op zijn linkerknie. Tijdens de val naar beneden wordt uke recht naar achteren geworpen, hierbij maakt uke een klein stapje met zijn rechtervoet en maakt ushiro-ukemi waarbij hij afslaat met twee armen. Uke komt omhoog en gaat in choza houding zitten. Na deze techniek gaan beide judoka naar een nieuwe positie en staan tegenover elkaar waarbij tori de shomen nu aan de linkerzijde heeft.
Doel van de techniek
Shikoro gaeshi – nekplaten draaien
Uke pakt met de linkerhand de obi (band) van tori, verlaagt zijn zwaartepunt en maakt vervolgens een grote stap opzij met zijn rechterbeen. Hij wil tori meenemen om een heupworp te maken en staat nu haaks op tori. Tori maakt gebruik van de trekkracht van uke, stapt met zijn rechtervoet naar voren en staat met zijn voet achter en tussen de voeten van uke. Gelijktijdig pakt tori de denkbeeldige helm van uke en wil uke’s nek breken. De linkerhand zit op de kaak en de rechter aan de zijkant van het hoofd van uke. Eerst duwt tori het hoofd van uke van zich af naar de rechterschouder van uke. Vervolgens duwt en trekt tori het hoofd naar links. Uke komt nu met zijn bovenlichaam omhoog en duwt krachtig met zijn linkerhand de band naar beneden. Tori werpt uke door de handen op de schouder van uke te plaatsen in dezelfde beweging maakt tori een stap met links naar achteren. Tori springt met gespreide benen naar voren en werpt uke in achterwaartse richting. Tori komt zittend met rechte rug en gespreide benen op de tatami. uke komt ook gelijk rechtop zitten in choza houding. Daarna stappen beide judoka op en gaan weer op de andere positie tegenover elkaar staan.
Doel van de techniek
Yu dachi – regenbui
Tori en uke staan tegenover elkaar en tori heeft de shomen aan de rechterzijde. De eerste actie is van tori, deze pakt de beide revers van uke met zijn rechterhand, de wijsvinger zit gebogen in de richting van het strottenhoofd van uke. Uke wil uit deze bedreigde positie komen en duwt met zijn linkerhand waarbij de handpalm naar boven is gericht tegen de elleboog van tori en stapt met links naar voren. Gelijktijdig wil uke een heupworp bij tori maken en komt hiervoor met zijn rechterarm naar voren. Tori anticipeert hierop door mee te stappen in de beweging van uke. op het moment dat uke zijn rechtervoet plaatst om de hand de heup te pakken gaat tori met zijn linkerbeen naar achteruit en valt gelijk op zijn knie. In dezelfde beweging pakt tori de mouw van uke ter hoogte van de bovenarm. Tori trekt krachtig met beide handen uke omlaag in richting van de aanval. Uke wordt op het puntje van zijn rechtervoet gezet en wordt omlaag getrokken. Het linkerbeen van uke strekt zijwaarts en raakt de grond niet meer aan en valt plat op zijn rug. Gelijk na de val komt uke omhoog en gaat in choza positie zitten. beide kijken in tegengestelde richting.
Doel van de techniek
Taki otoshi – waterval val
Bij de laatste techniek van het omote gedeelte staan beide judoka weer tegen over elkaar. In deze techniek pakt tori met de rechterhand de revers van uke met de wijsvinger gebogen naar beneden richting het strottenhoofd van uke. Uke wil zich bevrijden door de rechter elleboog van tori omhoog en weg te duwen Hierbij stapt Uke links naar voren. Nadat tori met rechts weg naar achteren stapt, stapt uke met rechts naar voren om vervolgens over de linkerschouder van tori diens band te pakken met zijn rechterhand. Tori gaat mee in de beweging van uke en komt onder het zwaartepunt. Tori grijpt gelijk met de linkerhand om het middel van uke, tilt en laat uke draaien. Tori komt nu omhoog en brengt zijn rechterarm horizontaal, waardoor de druk op het strottenhoofd van uke groter wordt. Met drietal tsugi-ashi passen beweegt tori naar links en brengt hierbij uke steeds meer uit balans. Bij de laatste stap wordt uke nog met een klein stapje uit balans gebracht. Uke hersteld dit door terug te stappen, hierbij draait tori op zijn rechter hiel en trekt zijn linker voet bij. Daarna draait tori met zijn gezicht naar uke pakt uke bij de schouder (de andere rechterhand blijft de revers vasthouden). Tori laat zich naar achteren vallen en maakt een Yoko Wakare. Uke houdt tori zolang mogelijk vast aan diens schouder, na de voorwaartse rol staat uke in shizenhontai in de linkerhoek voor. Tori ligt op de grond in dai-no-ji houding.
Doel van de techniek
Ura
Mi kudaki – lichaam breken
Na de eerste serie (Omote) gaan beide judoka weer terug naar de begin positie, tori staat al klaar en wacht even op uke. Daarna maakt tori links-rechts een grote stap voorwaarts. Uke komt in zes passen naar tori en wil een heupworp maken. Tori maakt na de aanval een lichte jigotai en pakt de pols van uke en steekt zijn linkerarm onder de linker oksel, hierdoor wordt uke naar achteren uit balans gezet. Door deze verdediging is uke niet meer in staat om een heupworp te maken. Tori stapt links beginnend schuin naar achteren in tsugi-ashi pas. Na ongeveer 4 á 5 stappen duwt tori uke krachtig naar achteren waardoor uke een correctie stap met zijn linkervoet maakt, deze wordt nu meer in een draaiende beweging weg gezet. Hierdoor behoudt uke zijn balans. Doordat uke terug wil stappen gaat tori mee in deze beweging, steekt zijn rechterbeen voorlangs en laat zich vallen in een Yoko Wakare. Tori staat na de val gelijk weer op naar de linkerkant, uke staat ook gelijk en draait naar links.
Uke wil tori werpen met een heupworp zoals dat ook in Tai gebeurde. Tori neemt controle over de pols van uke en brengt uke gecontroleerd uit balans. Nu lokt tori een reactie uit bij uke waarna tori mee gaat in de beweging van uke en werpt hem met een voorwaartse rol.
Kuruma gaeshi – rad draaien
Uke loopt in de diagonale lijn in ayumi-ashi naar tori en wil hem een duw tegen de schouders geven, hierbij staat uke rechts voor. Tori gaat mee in de kracht van uke en vangt de boven armen van uke op waarbij de vingers naar binnen wijzen en de duim naar buiten. Tori stapt links-rechts aan de buitenkant naast de voeten van uke, beide judoka staan nu op één lijn. Tori gaat mee in de duwende beweging van uke en laat zicht recht naar achteren vallen waarbij de armen uke blijven controleren. Tori laat zijn lichaam vallen en maakt een Yoko Wakare. Nadat tori is gevallen blijft hij niet liggen in dai-no-ji houding maar staat gelijk weer op via zijn linkerknie draait naar links en loopt over de diagonaal richting. Uke staat ook gelijk op en draait linksom.
Doel van de techniek
Mizu iri – water duik
Over de diagonale lijn lopen de judoka naar elkaar toe, nu wil uke een duw geven richting de linkerschouder van tori, hierbij buigt uke zijn rechterarm en brengt de handpalm naar voren. Vlak bij tori is de arm van uke nagenoeg gestrekt en staat zijn rechtervoet voor. Tori ziet het gevaar en brengt zijn linkerschouder naar achteren om de duw te ontwijken. Tori grijpt de rechter pols van uke aan de binnenkant en stuurt de arm iets opzij tot deze horizontaal is. Nu plaatst tori zijn rechterhand in de rechter oksel van uke met de handpalm naar boven en wordt uke voorwaarts door de armen van tori uit balans gebracht. Tori versterkt deze balansverstoring door met zijn voeten links-rechts in te stappen buiten naast de voeten van uke. Door het lichaamsgewicht van tori wordt uke naar voren geworpen met een Yoko Wakare. Na de worp staan beide judoka op en draaien linksom.
Doel van de techniek
Ryu setsu – wilgen sneeuw
Beide judoka staan op uit de vorige techniek (Mizu iri), draaien naar links en lopen over de diagonale lijn naar elkaar toe. Uke maakt een paar pasjes en tori zet de aanval in. Als tori bijna bij uke is staat hij met de rechtervoet voor. De rechterhand brengt tori met de handrug naar boven richting het gezicht van uke. Het doel is om zijn/haar vingers in de ogen van uke te steken en uke te verblinden. Uke ontwijkt en gaat met zijn hoofd naar achteren, zodra uke terugkomt uit deze zwakke positie grijpt tori uke bij de linker revere ter hoogte van het sleutelbeen. De linkerhand brengt tori op het schouderblad van uke (onder de rechteroksel). Tegelijkertijd stapt tori links-rechts naast de voeten van uke en brengt hij al tillende uke langzaam uit balans. Door zijn lichaam te laten vallen maakt tori een Yoko Wakare. Uke maakt met rechts een grote stap voorwaarts en maakt een grote rol over het vallende lichaam van tori. Tori valt plat op de rug niet op de zij zoals dat in de vorige techniek (Mizu-iri) wel gebeurde. Na de val staan beide judoka op en maken linksom een draai en lopen voor de volgende techniek in ayumi-ashi op elkaar af.
Doel van de techniek
Saka otoshi – heuvel val
Beide judoka lopen in ayumi-ashi op elkaar af via de diagonale lijn. Uke maakt als hij in de buurt is van tori met links een grote stap en steekt met zijn zwaardhand (te-gatana) naar de buik van tori. De linkerarm van uke is hierbij gestrekt. Tori stapt op het laatste moment met rechts terug pakt met zijn rechterhand de linker pols van uke terwijl de linkerhand van tori tegen de binnenkant van de linker bovenarm van uke wordt geplaatst waarbij de duim naar boven steekt. Tori trekt in één krachtige beweging de arm van uke naar beneden en werpt uke met Saka otoshi. Tori gaat bij deze techniek niet naar een knie in tegenstelling van de andere technieken. Uke valt plat op zijn rug waarbij de rechterbeen de mat niet aanraakt. Uke komt na de val gelijk via zijn rechterknie omhoog en loopt naar de linkerhoek. Tori maakt nu rechtsom een draai en loopt naar uke toe en gaat voor hem staan.
Doel van de techniek
Yuki ore – sneeuw breken
Uke staat in de hoek en tori loopt naar hem toe. Hier maakt tori een linksom draai (gezicht naar de shomen). Tori staat voor uke in de linkerhoek, loopt vooruit (links beginnend) in de diagonale lijn en uke volgt tori in dezelfde pas. Uke maakt 4 passen (links-rechts-links-rechts buiten), versnelt zijn laatste pas en stapt met rechts buiten naast tori. Hij wil tori omstrengelen met zijn armen. Bij de omvatting zijn de handen naar binnen gedraaid met gesloten vingers en duimen. Zodra tori voelt dat hij wordt omvat door uke grijpt hij met zijn rechterhand de bovenarm van uke en met de linkerhand de onderarm van uke. Tegelijkertijd laat tori zich vallen op de rechterknie om onder het zwaartepunt van uke te komen. Tori werpt uke met een Seoi-otoshi. Uke valt met de ukemi recht over de rug van tori en komt recht voor tori te liggen om de diagonale lijn.
Doel van de techniek:
Iwa nami – rots golf
De laatste techniek van het Koshiki no Kata is Iwa-nami. Nadat uke is geworpen in de vorige techniek (Yuki-ore) en is opgestaan via zijn linkerknie draait uke linksom richting tori in de shizenhontai houding. Tori staat op via zijn linkervoet en maakt een grote pas voorwaarts met zijn rechtervoet. Tegelijkertijd maakt hij een aanval met beide handen (waarbij de handrug naar boven wijst). Tori wil uke in zijn ogen steken. Ondertussen trekt tori zijn linkervoet bij en staat nu dicht bij uke. Uke ontwijkt de aanval door zijn hoofd naar achteren te buiggen. Als uke terugkomt met zijn hoofd en tori aankijkt grijpt tori de beide revers van uke ter hoogte van de keel. De duim zit hierbij aan de binnenkant. Door de handen iets naar binnen te draaien wordt uke iets gelift. Tori stapt links-rechts buiten naast de voeten van uke en controleert uke met de armen. Uke legt zijn rechterhand op de linkerschouder van tori en zijn rechterhand op de linker elleboog/bovenarm van tori. Tori maakt gebruik van het vallende lichaam en laat zich als een plank naar achteren vallen op de diagonale lijn hierbij maakt hij een Yoko Wakare. Tori blijft na de techniek een moment in de dai-no-ji houding liggen.
Doel van de techniek
Sluitingsceremonie 挨拶
Uke staat na zijn ukemi uit de laatste techniek Iwa-nami gelijk op in shizenhontai en wacht tot dat tori is opgestaan uit de dai-no-ji houding. Uke draait rechtsom en loopt buitenom naar de kata-as. Tori staat op, maakt een paar passen en draait rechtsom op de kata-as. Ze passeren elkaar nagenoeg in het midden op ongeveer een meter van elkaar in ayumi-ashi. Op de vier meter lijn draaien ze met het gezicht naar de shomen. Ze maken beiden gelijktijdig twee passen naar achteren,beginnend met de rechtervoet. Op de zes meter lijn zakken ze links-rechts door de knieën om elkaar te groeten. Vervolgens staan ze op en draaien zowel uke als tori een kwartslag naar de shomen voor een staande buiging. Ze draaien terug en lopen achterwaarts naar de tien meter lijn om daar af te groeten voor de tatami. Hiermee sluiten de judoka het Koshiki no kata af.