Kesa-gatame 袈裟固 (sjaal controle)
Is een controletechniek en is ingedeeld in Osae komi waza (houdgrepen). Bij de Kesa-gatame controleert tori de nek vast door de arm er omheen te slaan. Vervolgens houd tori de arm van uke stevig vast en maakt zo de controle techniek. Bij jonge kinderen ben je waakzaam bij deze techniek. De groeiende nek is niet bestand tegen te veel druk. Laat kinderen dan ook niet hangend aan de nek trekken. Bij mensen met het syndroom van down is deze techniek not done. Zij kunnen last hebben van een instabiele atlas (bovenste nekwervel). Om beschadiging van deze werver te voorkomen is deze techniek dan ook niet toegestaan bij aangepast judo.
De sjaal staat voor de grote sjaal rond de hals van een boeddhistische monnik. Deze wordt om de nek en oksel gedragen.
Hoe te maken?
Vanaf de rechterkant van je tegenstander en naar zijn hoofd gericht, pak je zijn judogi onder zijn rechteroksel met je linkerhand en leg je je rechterarm om zijn nek om zijn judogi achter de schouder vast te pakken.
Bevrijdingen
De eerste bevrijding is om het been van tori in te sluiten. Zodra uke dit lukt is de controle techniek verbroken. Uke kan in een andere bevrijding de tegengestelde richting van tori wegkruipen (door ebi te maken) vervolgens kan uke de hand voor de keel van tori zetten en proberen te gaan zitten. Een ander bevrijding is door tegen tori aan te kruipen ver de band te pakken en tori over het lichaam van uke heen te tillen. Probeer bij elke bevrijding een actie van uke te forceren. Wil je uke over je heen tillen ga dan eerst duwen. Uke zal terugduwen wat jou zal helpen in de bevrijding.
Variaties